[Figaro Pasquale Capone, 7Kb]

de echte herenhaarverzorger van haar en ziel

Pasquale 50 jaar barbier

Uit: Algemeen Dagblad, maandag 15 februari 1999

Door Karel Bagijn

Op 1 april 1961 kwam hij naar Nederland vanuit zijn geboorteland Italië. En dat is geen grap want in al die jaren is hij uitgegroeid tot de bekendste kapper van Amsterdam. Pasquale Capone krimpt in elkaar: "Nee, nee, geen kapper, ik ben barbier. En dit jaar al 50 jaar. Kapper ruikt naar dameskapper en ik ben een echte barbier: een baard- en haarverzorger. Door er bij iemand wat af te halen voeg ik er wat aan toe. En meteen verzorg ik de ziel ook nog. Want zo gaat dat bij een goede barbier."

In zijn gouden jubileumjaar wil Pasquale Capone, wiens zaak natuurlijk Figaro Pasquale heet naar de beroemde barbier uit het toneelstuk van Beaumarchais, nog eens aandacht vragen voor wat zijn stokpaardje mag worden genoemd: het verdwijnen van de ambachten uit de samenleving. Hij heeft er al talloze brieven aan talloze instanties over geschreven. Ook aan de regering, want volgens Pasquale betekent meer aandacht voor het ambacht minder ellende in de samenleving.

Pasquale Capone gaat even achterin zijn zaakje koffie maken. Esprèsso, met een Italiaans amandel-suikerkoekje. Het interieur houdt het midden tussen een kappersmuseum, een gewoon museum en een overvolle kruidenierswinkel. Buiten voor zijn zaakje aan de Begijnesteeg in het hartje van Amsterdam staan al vanaf het begin de Nederlandse en Italiaanse vlag. Even tussendoor: verwijt hem nooit zijn Italiaanse accent. Al 40 jaar reageert hij hetzelfde: "Ik ben geen Italiaan, maar Europeaan." Een Europeaan dus avant la lettre.

Hij is terug en aait liefdevol over zijn grote donkere kappersschaar. Boven hem hangt een groot plakkaat: "Minder ideologieën, meer idealen. Een maatschappij zonder idealen is een maatschappij in verval. Filosofie van Figaro Pasquale in Amsterdam."

Pasquale gaat door: "Ik wil verder gaan: een maatschappij zonder ambachten is een maatschappij zonder ziel. Daarom maak ik mij zo sterk voor het blijven bestaan van de ambachten en zeker dat van de barbier. Maar ook van ambachten als kleermaker en schoenmaker. Ambachten maken deel uit van de economie en bestrijden de werkloosheid. Kijk eens naar het vak van herenkapper, maar volgens mij geldt dat voor alle ambachtelijke beroepen. Bij de huidige opleidingen ligt het accent op de theorie. De praktijk is echter de beste leerschool voor vakmanschap. Door ervaring worden jongeren ook weerbaarder en creatiever."

Als de werkloze jongeren meer worden ingeschakeld bij wat Pasquale 'de basisambachten' noemt, zal dat volgens hem dus een positieve invloed op de samenleving hebben: minder jeugdwerkloosheid, minder vandalisme, minder jeugdcriminaliteit, meer stabiliteit. Pasquale: "Er moet weer echte 'qualiteit' in de maatschappij komen. Sinds 'qualiteit' met een k, een w en een a wordt geschreven is het daarmee gedaan. 'Qualiteit' en uiteraard 'Pasqualiteit', daar gaat het om."

Er komt een nieuwe klant binnen. Op afspraak natuurlijk. Pasquale verzorgt namelijk maximaal zes klanten per dag. Hij wil voor iedereen de tijd nemen. Haast is er niet bij. Pasquale kan het woord 'klant' overigens niet aanhoren: "Ik heb hier alleen maar gasten. Nog beter: alleen maar pasqualisten." De grijzende heer wil meteen naar de kappersstoel lopen, maar Pasquale gooit de armen de lucht in. "Ho, ho, eerst de jas uit. Die moet naar achteren. Dit is een huiskamer, daar kunnen geen jassen liggen. En dan: ontspannen, want bij Figaro Pasquale komt u ook voor een behandeling van de ziel." Figaro Pasquale gaat terug naar zijn Italiaanse herinneringen: "In Italië heb je twee trefpunten: de kerk en de barbier. De pastoor zorgt voor de ziel, maar de kapper ook. De barbier legt tijdens zijn behandeling ook zijn hand op je schouder, hij komt aan je hoofd. Hij moet dus het vertrouwen hebben. De kerk en de kapper: de ziel komt er tot rust, je hoort er nieuwtjes, en het is een beetje theater, het moet een soort lokale kroeg zijn."

Pasquale Capone komt uit een klein dorpje in de Italiaanse streek Calabrië, Solianello. In 1961 werd hij verliefd op een Nederlandse vrouw en hij kwam naar Amsterdam: "Eerst mocht ik geen Nederlands van haar leren. Ze vond die taal niet mooi genoeg voor mij. Maar ik heb het stiekem toch gedaan. Ik wilde al die rare klanken leren kennen." Met ondeugende ogen wil Pasquale nog wel eens beweren familie te zijn van de beroemde Al Capone. En volgens de acteur Piet Römer, die op dat moment binnen stapt voor een goede hoofdverzorging, is dat heel goed mogelijk. Hij is ooit eens in dat dorpje geweest. Lachend: "Wat een gangsters daar, zeg."

Pasquale gaat met draaiende ogen terug naar het ambachtelijke van zijn werk. Getuige de vele plakboeken moet hij in ieder geval heel wat snelle pr-boys over de vloer hebben gehad de afgelopen jaren. Pasquale: "Ja, en één bracht in 1966 eens een rare man met heel lang haar en een oude regenjas mee. Dat was Hans van Mierlo. Wat is dat? riep ik. Hij bleek een politieke partij te hebben opgericht. Ik heb hem toen de Kennedy-cup aangemeten. En daar is Van Mierlo nooit meer vanaf gestapt. En hij had succes, hoor."

Haarverzorging is geen serieproduct, betoogt de iets nerveuze Figaro Pasquale Capone: "Ik kijk naar iemands hoofd, onderzoek het haar, kijk naar iemands gedrag, kijk naar hoe iemand loopt, doet, spreekt. Pas dan weet ik wat voor haarbehandeling er moet komen. Kijk, dat is ambachtelijk werken."


navigatie